Het is winter in Ahuro. De temperatuur schommelt tussen de 5 en -10 graden. Er ligt overal volop sneeuw en op de wateren ligt ijs. Het is moeilijker om aan eten te komen in het wild. Maar de chocolademelk staat in Anoutia nog altijd voor je klaar!
Wie is er online?
Er zijn in totaal 6 gebruikers online :: 0 Geregistreerd, 0 verborgen en 6 gasten
Ahuro's Profile Leeftijd:: 16 Naam Aura:: Elya Geslacht:: Girl
Onderwerp: The Story... vr jan 04, 2013 1:08 pm
Dankzij deze rpg heb ik ineens heel veel inspiratie voor een soort fantasy verhaal. Das letterlijk voor het eerst dat ik iets in die genre schrijf. Maargoed. Ik zal dus niet op m'n best schrijven, maar wel m'n best doen, ofzo. Ik zal gewoon af en toe een stukje plaatsen, maar lekker nu nog niet, ik moet eerst nog verder met de personages en natuurlijk de Aura's die erin voorkomen! Zij spelen waarschijnlijk een belangrijke rol in het verhaal, naast de mensen op Ahuro. Het enige wat ik tot nu toe weet is dat er een persoon zal zijn met meerdere Aura's, een persoon met een Aura met bijzondere krachten, en er komt liefde, ondanks dat ik daar een ongelooflijke hekel aan heb xd
Commentaar en tips etc zijn altijd welkom, ik heb het juist graag. Dan weet ik wat ik goed doe, en wat ik moet verbeteren. Als je nog een leuk idee hebt, zeg het dan ook maar!
Als je wil dat jouw verzonnen of echte personage of Aura in het verhaal zit, vul dan dit lijstje in:
Code:
Voor mens: [b]Naam van jezelf:[/b] [b]Naam personage:[/b] [b]Eventuele bijnaam:[/b] [b]Leeftijd personage:[/b] [b]Geslacht:[/b] [b]Familie:[/b] [b]Karakter:[/b] Zo uitgebreid mogelijk [b]Uiterlijk:[/b] Plaatje (manga/anime) is heel belangrijk, en ook een extra omschrijving.
Aura: [b]Naam van jezelf:[/b] [b]Naam Aura:[/b] [b]Eventuele bijnaam:[/b] [b]Geslacht:[/b] [b]Soort:[/b] Als het elf is zeg je elf, als het een dier is zeg je welke! Bijvoorbeeld een rode mier xd [b]Krachten:[/b] Noem er een paar en omschrijf het een beetje. [b]Karakter:[/b] Zo duidelijk en uitgebreid mogelijk [b]Uiterlijk:[/b] Zo duidelijk en uitgebreid mogelijk, als het kan een plaatje erbij
Als het ooit word uitgegeven (wordt het toch niet) laat ik jullie namen er inzetten bij het bedankgedeelte xd
Het eerste schuine stukje komt van hier, ik heb het gebruikt als een soort mini-inleiding. Hopelijk niet zo erg? Ik heb het wel een beetje aangepast, zodat het wat beter in dit verhaal past. Veel leesplezier!
Inleiding:
Ahuro is een planeet ver weg van de aarde. Het ligt in een ander zonnestelsel met andere planeten. Ook al liggen de planeten ver van elkaar vandaan, ze lijken wel veel op elkaar. Op allebei de planeten leven mensen, alleen worden ze op Ahuro, Huro's genoemd. De mensen op planeet Aarde, weten nog steeds niet dat Ahuro bestaat. Best wel dom, eigenlijk. Maar de bewoners op Ahuro weten wel dat de Aarde bestaat. Ze hebben veel gewoontes van de aarde over genomen, waardoor Ahuro steeds meer op Aarde begon te lijken. Vroeger was alles vredig op Ahuro, totdat iemand opeens een raar wezen bij zich had. De bewoners van Ahuro schrokken. Wat was dit voor iets? Ze kwamen er achter dat het wezentje magische krachten had en groeide wanneer jij ook groeide. Ook kwamen ze er achter, niet op een erg vriendelijke manier, dat het wezentje het zelfde voelt als zijn beheerder. Steeds meer Huro's kregen van dit soort wezentjes bij hun geboortes. Sommige mensen noemden ze duivels, andere engelen. Maar wat het wezentje eigenlijk is, is een Aura. Ze bedachten groepen om hun Aura sterker te maken, de zogenaamde 'Guilds'. In een Guild leerde je te vechten met je Aura, of om je eigen vechtkunsten te verbeteren. Nu leven er op Ahuro alleen nog maar Huro’s met een Aura. Heel soms is er een uitzondering die geen Aura heeft, die wordt meestal geplaagde en veracht. Ook zijn er mensen, met meer dan één Aura. Zoals ik.
Dit is alles wat ik weet over Ahuro. Meer weet ik niet. Meer hoef ik niet te weten. Ik woon er, en heb het er prima. Nouja, eigenlijk is dat een leugen. Het is er helemaal niet fijn, tenminste niet voor mij. Maar ik heb het er liever niet over. Dus laten we gewoon beginnen met hoe het er nu uitziet, in plaats van wat mijn geschiedenis is.
Nu, op dit moment, zit ik in een zelfgemaakt hutje, midden in een groot bos. Tenminste, ik denk dat ik er middenin zit, omdat ik de rand niet zie, en omdat ik hier nooit andere mensen ben tegengekomen. Daar ben ik blij mee. Ik heb het niet zo op andere mensen. Ik weet hoe gemeen ze kunnen zijn. En dat alleen maar omdat je anders bent. Ze keren zich tegen je, omdat je er anders uit ziet, je anders gedraagt, of omdat je, zoals bij mij het geval is, meer dan één Aura hebt. Om precies te zijn, heb ik er drie. Maar om die reden, keerde iedereen zich tegen ons. Zodat we genoodzaakt waren om te vertrekken, voordat ze ons iets konden aandoen. We sloegen dus op de vlucht.
Ik ben een meisje van zestien jaar oud. Mijn haren zijn roze, mijn ogen helderblauw. Mijn lichaam is net iets kleiner dan dat van andere meisjes, al scheelt het nog geen vijf centimeter. Mijn kleding, tja. Ik draag een rok en een net iets te strak topje. Het is te klein omdat ik nog ben gegroeid, sinds ik vertrok. Aan mijn voeten draag ik versleten teenslippers, andere schoenen kon ik niet meenemen, en geld om nieuwe te kopen heb ik niet. En als ik het wel had, zou ik het nog niet doen.
Sinds dat ik hier leef, in dit grote bos, heb ik geen contact meer gehad met mensen. Alleen nog met mijn beste vriendin. Loesha. Zij is zeventien jaar. Ze heeft groene haren en gele ogen. Ze is best sexy, dat geef ik toe. Ze is ook een enorme jongensgek. Flirten, dat is alles wat ze doet als er een leuke jongen in de buurt is. Of was. Ik ontmoet haar alleen nog in het bos. Ze zoekt me vaak op. Loesha is een goede vriendin. Ze heeft geprobeerd om me het dorp in te krijgen. Maar ik wilde niet. Hoe ze het ook probeerde, ik ging niet mee. Volgens mij heb ik haar veel pijn gedaan. Maar ik doe mezelf ook pijn. Door hier te leven, alleen. Met mijn drie Aura's, natuurlijk. Maar er zijn geen mensen hier. Helemaal niemand. Het is hier rustig, en stil. Maar toch zou ik wel weer contact hebben met mensen. Ik durf het alleen niet. Ik ben bang.
Part one:
Als ik mijn ogen open, schijnen de eerste zonnestralen door de kieren in de muur. Het wordt licht, tijd om op te staan. Maar vandaag heb ik geen zin. Ik heb nergens zin in. Dus ik blijf liggen. Buiten sneeuwt het een beetje. Vannacht is er ook best veel gevallen, dat is te zien aan de sneeuw op de takken van de bomen. En aan de sneeuw die door het 'raam' naar binnen is gewaaid. Ik ben blij dat ik een warme deken heb. 's Winters is het hier heel koud, dit hutje beschermt me alleen tegen regen en wind, maar niet tegen de temperatuur. In de zomer is het dus ook veel te warm. Maar ik moet niet zo klagen. Het was mijn eigen keus om hier te wonen. Ookal kon ik niet anders.
Ik ga rechtop zitten en kijk om me heen. Waar mijn drie Aura's zijn gebleven, weet ik niet. Sunny, Moon en Elya zijn er niet. Eigenlijk heten ze Sundsvall, Moon Snow en Elysian, maar ik noem ze nooit zo. De korte namen klinken veel beter.
Na mijn besluit om toch op te staan, zwaai ik mijn benen uit bed. Mijn voeten komen zachtjes neer op het kleine kleedje. Een erg wollig kleedje. Dankzij Loesha heb ik die. Ze had hem voor me meegenomen. Ze is echt een goede vriendin. Hopelijk zie ik haar snel weer. Ze vertelde me dat ze naar het Oosten zou gaan, om daar mensen te helpen. Voor haar werk. Al heb ik geen idee wat dat precies inhoud. Mensen helpen, zei ze. Maar waarmee, vertelde ze niet.
Als ik opsta en naar buiten kijk, door het gat in de takkenmuur (dat eigenlijk een raam moet voorstellen), zie ik Sunny buiten zitten. Ze heeft een serieuze blik, misschien ongerust. Op haar kop ligt een beetje sneeuw. "Wat is er?" vraag ik. Dan draait ze haar kop weg. Ze kijkt niet naar mij, maar naar een punt ergens in de verte. "Ik denk dat er iemand komt." Een naar gevoel bekruipt me. "Wie dan?" vraag ik, nieuwsgierig, maar vooral onzeker. Sunny geeft geen antwoord. Ze weet dat ik bang ben voor vreemde mensen. Natuurlijk weet ze dat, Aura's voelen hetzelfde als hun eigenaars. Ookal lijken mijn Aura's een stuk minder bang voor menen dan ik. Dan schudt Sunny haar kop. De sneeuw vliegt in het rond. Ze kijkt me weer aan. "Ik denk niet dat hij hierheen komt. Hij zal ons niet lastigvallen." Ik kijk opgelucht. Al zegt iets in me, dat ze liegt. Dan ga ik door de deur naar buiten. Ik heb geen zin om er lang over te piekeren, vreemd genoeg. Ik heb honger en ga dus wat te eten halen. Niet voor mijn Aura's, die redden zich wel. Al snel ben ik bij mijn favoriete bessenstruik. Ik pluk ongeveer vijf besjes. Hoe het komt weet ik niet, maar de grote sappige bessen vullen enorm. Langzaam slenter ik terug naar de hut. Een misselijk gevoel komt omhoog. Het wordt langzaam erger. Mijn pas versnelt. Behalve Sunny heb ik mijn Aura's niet gezien, bedenk ik net. Ze redden zich wel. Sunny en Elya kunnen niet verder dan een kilometer bij me vandaan, dan worden ze teruggestuurd. Dat gebeurt met alle Aura's. Behalve de Aura's die als kracht wel verder kunnen. Moon kan dat bijvoorbeeld wel.
Ondertussen ben ik weer thuis, gelukkig maar. Ik ga weer op bed liggen, het misselijke gevoel is alleen maar erger geworden. Waarschijnlijk omdat ik bang ben dat er toch iemand komt. Dus ik ben er toch meer mee bezig dan ik eigenlijk wilde. Er gaat een koude rilling over mijn rug. Automatisch trek ik de deken hoger op. Na een paar minuten val ik, ondanks de kou, in slaap.
Een luide schreeuw maakt me wakker. Geschrokken kijk ik rond, maar er is niemand. Ik denk dat het een droom was en wil weer verder slapen. Maar dan klinkt weer een schreeuw en ook een angstaanjagend gegrom. Het komt van buiten. Dit is geen droom. Ik sta stilletjes op. Mijn handen trillen, eigenlijk mijn hele lichaam. Van angst en schrik. Die schreeuw. Het kwam van een jongen. Een jongen! Als ik dichter bij de deur sta zie ik hoe Elya haar kracht gebruikt en een vreemde jongen en zijn Aura, een zwarte wolf, aan te vallen. De jongen ziet me als Elya even pauzeert. Hij wil iets roepen, maar dan geeft Elya hem zo'n grote stroomschok, dat hij levenloos op de grond valt. Ik schrik en storm naar buiten. "Elya!" Mijn stem klinkt bang en trillerig. "Wie is dat...?" Mijnogen bekijken hem eens goed. De jongen zal zo'n zeventien of achttien jaar zijn, denk ik. Maar daar moet ik me nu niet zorgen maken. Wel om de jongen zelf. Hij ziet er kwetsbaar uit. Ik onderdruk de neiging om te gaan schreeuwen tegen Elya. In plaats daarvan, wenk ik haar en samen dragen we de jongen naar binnen. Hij ademt nog. Elya verdwijnt naar buiten, en voordat ik het weet is ze weg.
De jongen ligt in mijn bed, ik kan hem moeilijk op de grond laten liggen. Ik zit helemaal in de hoek aan de andere kant van de hut te wachten, tot hij wakker wordt. Uiteindelijk zien mijn bange ogen de Aura bewegen en zijn ogen openen. Maar nog steeds is de zwarte wolf verlamd van de stroomschok, dus blijft liggen. Maar hij kijkt me doordringend aan. Zijn witte ogen maken me zenuwachtig, en dat weet hij. De wolf heeft een feloranje streep op zijn kop en hij ziet er heel groot en sterk uit. Hij grijnst. Ik weet niet of het aardig of gemeen bedoeld is.
"Chip? Waar ben je?" Als ik de jongen hoor schrik ik op. Mijn ogen zijn op hem gericht, maar hij lijkt niet te beseffen waar hij is en wat er is gebeurd. Opeens kijken zijn blauwe ogen me nieuwsgierig aan. Zijn donkerblonde haar met highlights valt over zijn voorhoofd. Hij ziet er knap uit en lijkt nu een stuk ouder dan net. Dan begint hij te praten. "Wie ben jij?" Ik antwoordt niet. Op de vragen erna ook niet. "Woon je hier? Was dat daarnet jouw Aura? Hoe oud ben je eigenlijk?" De schok heeft hem waarschijnlijk in verwarring gebracht, daarom vraagt hij zoveel. Het enige wat ik doe is hem angstig aankijken. Het lijkt alsof ik me niet kan bewegen, alsof mijn lichaam verlamd is. Van de angst.
Part two:
De jongen is even stil. Dan lacht hij. Verbazing gaat door mijn lijf. "Sorry, ik ben Samuel. Ik doe je niks hoor. Wees maar niet bang." Hij is ondertussen rechtop gaan zitten. Mijn angstige blik verandert niet. Maar dan schenkt hij me zo'n warme lach, dat ik toch heel even een fijn gevoel krijg. Eigenlijk ben ik iets meer op mijn gemak nu ik weet wat zijn naam is. Waarom weet ik niet. Een naam zegt immers niks over iemand. "Hoe heet je?" vraagt de jongen nog eens. Hij kijkt me enorm nieuwsgierig aan. Wat gaat hem dat aan? Hij vertelde me zijn naam, dus moet ik het ook wel zeggen. "Ellin." Er volgt een korte stilte. "Mooie naam," zegt Samuels Aura dan. De wolf grijnst weer. Ik vertrouw het beest niet. Samuel kijkt hem kwaad aan. "Chut!" De wolf werpt een chagrijnige blik terug en legt dan zijn kop op zijn voorpoten. Ik kijk op. "Chut?" herhaal ik verbaasd, zonder eerst na te denken. Samuel knikt. "Dat is Frans. Het betekent 'ssst'." Ik kijk hem nog steeds verbaasd aan. Hij glimlacht weer. "Je bent al meer op je gemak?" Misschien had hij dat beter niet kunnen vragen. Nu denk ik weer na en kruip ik iets verder in het hoekje. "Kijk uit, hoor! Hij is een echte moordenaar!" Ik kijk alweer geschrokken naar de wolf. Die lacht gemeen. "Je moest eens weten wat hij..." Samuel breekt de zin af en begint te schelden. Tenminste, ik denk dat hij scheldt. "Zut! Tu es horrible! Tais-toi!" De wolf gromt even. Maar hij antwoordt niet. Samuel kijkt mij weer aan. Zijn gezicht is een beetje rood geworden, waarschijnlijk van woede en ergernis. Dan lacht hij een beetje beschaamd. "Sorry, Chip is soms nogal irritant. Ik ben heus geen moordenaar ofzo. Die wolf probeert je gewoon bang te maken. Nogmaals, sorry." Ik lach even. Dan ben ik stil. Ja, ik heb gelachen. Hardop.
"Hoe oud ben je?" Ik kijk opzij. Elya stapt naar binnen. Samuel kijkt ook naar haar. Even is het stil. Samuel weet dat Elya hem aanviel. Maar waarom, dat weet hij niet. Hij wil het vast weten. Even kijkt hij bedenkelijk, daarna geeft hij antwoord, alsof er niks is gebeurd. "Sinds kort zeventien." Het is weer even stil. Zeventien. Ik ben zestien. Een jaar verschil. De jongen lijkt toch echt iets ouder, maar toen hij nog sliep, of in elk geval buiten bewustzijn was, leek hij wel wat jonger. Ik ben niet zo goed in leeftijden schatten, dar ligt het vast aan. Ik word uit mijn gedachten geschud. "Ik ben net zeventien, maar hoe oud ben jij dan, Ellin?" Hij spreekt mijn naam uit op een speciale, ietwat vreemde manier. Het maakt me aan het lachen. "Ik? Ik ben zestien." Mijn blik gaat naar Elya, maar die fluistert iets naar de wolf. Chip. Zo heet hij. Best een gekke naam, Chip. Maar ook wel leuk. Als mijn blik weer naar Samuel gaat, zit de jongen naar de grond te staren. Waar zou hij aan denken? Waarschijnlijk zal ik het nooit weten. Het interesseert me eigenlijk ook niet veel. "Waarom praat je steeds Frans?" vraag ik dan maar. De wolf kijkt op. Waarschijnlijk gaat hij een irritante opmerking maken. "Ze vroeg je iets!" Ja dus. Dat weet Samuel toch ook! Dat beest is echt irritant. "Weet ik wel, olifant!" roept Samuel uit. Ik grinnik kort. "Sorry. Ik praat Frans omdat... Nouja, eigenlijk weet ik het niet. Ik doe het gewoon. Chip en ik zijn ermee opgegroeid."
Laatst aangepast door Razzelya op wo jan 23, 2013 5:25 am; in totaal 9 keer bewerkt